Dat beaamt ook klinisch psycholoog Paul Wylleman, prestatiemanager prestatiegedrag bij TeamNL. “Er wordt in topsport vaak weinig rekening gehouden met de impact die een ernstig ongeval kan hebben op de coach. Vaak wordt verwacht dat een coach sterk is, dat hij of zij het dagelijkse leven gauw weer oppakt.”
Maar het oppakken van het ritme is niet vanzelfsprekend na een ernstig ongeval. “Een coach wordt meteen al geconfronteerd met hele sterke emoties. De sporter denkt vaak aan zijn of haar revalidatie en comeback, wat het emotionele verwerkingsproces soms verstoort. De coach moet alles al gauw op een rijtje krijgen. Daar is tijd voor nodig,” vertelt Wylleman.
Het aanvaarden van de situatie is wat dat betreft vaak de eerste stap. “Je moet toestaan dat er iets is gebeurd. De vraag is hoe je dan weer terugkeert naar de dagelijkse realiteit. Het is vaak moeilijk om evenwicht te vinden tussen het uiten van je emoties en het aanhouden van de dagelijkse structuur.”
Het verwerken van emoties rondom ongelukken doet iedereen bovendien op zijn eigen manier. “Het is belangrijk dat je de mogelijkheid krijgt om die emoties te uiten. Een eerste stap kan een moment met collega coaches en eventueel sporters zijn, waarbij de vrijheid krijgt om al dan niet de emoties te uiten.”
Praten over de ongelukken, over emoties. Trampolinecoach Nazar deed het liever niet. Maar ze wist ook dat ze niet kon weglopen voor de realiteit. “Het was niet alleen mijn probleem. Ook dat van mijn familie, mijn thuisfront, mijn andere sporters.”